close
1839—1914

Hoeve aan de Woluwe, 1895

olieverf
482 x 735 x 22 mm

Stobbaerts is één van de eerste openluchtschilders in het Antwerpse, maar debuterend in een naturalisme zonder restrictie geeft hij aan taferelen op het boerenerf, het huishouden en het stalinterieur de voorkeur boven het landschap. De haast fotografische echtheid van zijn genrestukken brengt hem spoedig in conflict met het conservatieve Antwerpse kunstmilieu waar de conventionele strakke normen en de esthetische regels nog de kracht van een dictaat hebben. Het brutaal realisme van Stobbaerts wekt daarentegen wel de sympathie van de jongeren. Rond 1890 is er een duidelijke omslag bij Stobbaerts te zien. Op de achtergrond heeft hier het impressionisme met z’n vorm oplossend vermogen waarschijnlijk wel enige betekenis. Vrij plotseling ruilt de kunstenaar de uiterst nauwlettende schriftuur in voor een heel persoonlijk sfumato van licht. Steeds meer schakelt hij de benauwend scherpe contouren van z’n vorige periode uit om de nieuwe problemen van licht en atmosfeer op te lossen. De stijl wordt in zekere zin velours, de penseelstreek leniger, de materie vloeiender. Op de landelijke oevers van de Woluwe ontstaan in de negentiger jaren doeken in een gematteerde licht transparante pâte. Het nieuwe gebruik van het licht is nu het sleutelwoord. De vormen blijven wel herkenbaar, maar worden in niet geringe mate aangetast door de broeierige atmosfeer, alsof de kunstenaar de ‘camera’ van zijn oog willens en wetens op soft focus heeft afgesteld. Het onderwerp heeft eigenlijk geen belang meer. Zo geeft ook Jan Stobbaerts op een geheel authentieke manier antwoord op de verlokkingen die met het impressionisme uit Frankrijk komen overwaaien.

P.B.

  • Dit werk maakt deel uit van de kerncollectie van het museum. Het maakt deel uit van de inventarislijst van de schenking door Jules en Irma Dhondt-Dhaenens die werd samengesteld tijdens de raad van bestuur op 03.06.1967.
Foto: Cedric Verhelst, www.artinflanders.be, publiek domein.