Piëta, 1919
In januari 1919 krijgt Servaes opdracht om de franstalige versie van het Lijdensverhaal van Cyriel Verschaeve te illustreren (C.VERSCHAEVE, La passion de notre seigneur Jésus-Christ, Brussel-Parijs-Lille 1919). Op 25 februari 1919 laat de kunstenaar een vriend weten: "Ge zult zien hoe ik groei in mijn werk. Ik ben werkelijk gezegend in een reeks van zes tekeningen voor de passie van onze heer: Christus in de Olijfhof, de verraden Christus, de gegeselde Christus, de Ecce Homo, de dode Christus op het kruis en de verrezen Christus. Naar het oordeel van fameuze kenners zijn de tekeningen prachtig, van een zeldzame kracht en vreemd modern." Al de oorspronkelijke (zes) houtskooltekeningen behoren thans tot de verzameling van het Museum Dhondt-Dhaenens. Ze staan aan de basis van de befaamde Kruisweg van Luthagen (1919). De vraag is of de Piëta ook voor de reeks van het Lijdensverhaal bedoeld was. In ieder geval staat in het boek van Verschaeve een andere Piëta afgebeeld.
L.S.
- Dit werk maakt deel uit van de kerncollectie van het museum. Het maakt deel uit van de inventarislijst van de schenking door Jules en Irma Dhondt-Dhaenens die werd samengesteld tijdens de raad van bestuur op 03.06.1967.